Blog

Flexibiliteit in het gassysteem: is de rek eruit?

De flexibiliteit van het elektriciteitssysteem komt vaak ter sprake. De enorme groei aan wispelturige duurzame productie, het feit dat vraag en aanbod op het elektriciteitsnet te allen tijde in balans moeten zijn, het gebrek aan opslagmogelijkheden; dit alles maakt flexibiliteit van het energiesysteem een spannend onderwerp. Aardgas lijkt in vergelijking veel minder spannend: het is gemakkelijker om langdurig op te slaan en om de ‘netbalans’ te bewaken. Toch heeft ook het gassysteem de nodige flexibiliteit nodig. De vraag is alleen of die flexibiliteit nog voldoende aanwezig is.

Het jaarlijkse kantelpunt in de gasmarkt

April is normaliter het moment waarop de gasbergingen weer worden aangevuld. Dit jaar vond 23 maart op Europees niveau voor het eerst zogeheten netto-injectie plaats – er werd meer gas in de gasopslagen gestopt dan er werd uitgehaald. Het startschot voor het vullingsseizoen is dus al gegeven. Door de milde winter en de nog altijd sterk gereduceerde Europese gasvraag zijn de gasbergingen met 59% bovendien al voller dan ooit tevoren voor deze tijd van het jaar.

Dit is op zich een positief uitgangspunt. We hoeven slechts minder dan de helft bij te vullen. Toch zijn er onderliggende uitdagingen aan zowel vraag- als aanbodzijde die de leveringszekerheid in het geding kunnen brengen.

Image

Afhankelijkheid van gasimporten

De eigen gasproductie binnen Europa (inclusief het Verenigd Koninkrijk) is al jaren op z’n retour. Rusland is weggevallen als hofleverancier, het Groningse gasveld is definitief gesloten en in het VK wordt steeds minder opgepompt. Europa is hierdoor afhankelijk geworden van gasimport.

Dat maakt dat de gasbergingen belangrijker dan ooit tevoren zijn geworden voor de leveringszekerheid. De bergingen zijn de eerste verdedigingslinie om tekorten in toevoer of plotse toename van de vraag op te kunnen vangen. Omdat Europa slechts een fractie van het benodigde aardgas zelf produceert, kan een kleine mismatch in vraag en aanbod al voor heftige prijsfluctuaties zorgen.

Image

Beperkte bergingsruimte

Bovendien is er niet zo héél veel bergingsruimte. Binnen de EU bieden de gasbergingen ruimte voor zo’n 25% van de totale vraag. Vorig jaar weken marktpartijen uit naar Oekraïne om daar hun gas op te slaan. Maar gezien recente Russische aanvallen op Oekraïense bergingen, wordt dit een stuk risicovoller. Oekraïne dringt erop aan dat hun bergingen veilig zijn, maar het is nog erg de vraag of deze aanvullende opslagcapaciteit dit jaar een realistische optie zal zijn.

Zowel import via pijpleidingen en bergingsruimte zijn beperkt. Flexibiliteit aan de vraagzijde hangt daarom erg af van LNG-leveringen. En dat is – zoals ik eerder al heb beschreven – een markt die wordt beïnvloed door de gasvraag uit de hele wereld. De lagere gasprijzen van het moment hebben bijvoorbeeld al geresulteerd in forse toenames van Chinese en Indiase LNG-importen. Als de nood aan de man is kunnen we wel koste wat kost LNG importeren, zoals marktpartijen en overheden in 2022 deden. Maar daar zullen we een hogere prijs voor moeten betalen om concurrerend te zijn met Aziatische spelers.

Flexibiliteitsuitdagingen aan de vraagzijde

Flexibiliteit aan de vraagzijde zagen we in het verleden vaak in de vorm van coal-to-gas switching: wanneer gas goedkoop is, wordt het interessanter om daar elektriciteit mee te produceren in plaats van kolen, wat de gasvraag doet toenemen. Maar de kracht van dit mechanisme is flink afgebrokkeld, met name dankzij de explosieve toename in elektriciteitsopwek uit duurzame bronnen.

Ook als we kijken naar de industriële en residentiële gasvraag, is de rek er redelijk uit. In 2022 en 2023 daalde de gasvraag met respectievelijk 13% en 8%. Erg indrukwekkend, maar verdere krimp is niet te garanderen. De afgelopen jaren werd vraagreductie geholpen door milde temperaturen, hoge gasprijzen en actief overheidsbeleid. Het is onwaarschijnlijk dat deze cocktail kan worden herhaald – zeker niet bij lagere temperaturen en een mogelijke opleving van de economie. Dat betekent dat importtekorten de gasprijzen erg snel kunnen stuwen.

Dat heeft ook weer invloed op de gasbergingen. Als de marktprijzen voor de zomermaanden hoger liggen vergeleken met de daaropvolgende wintermaanden, verdwijnt de prikkel om gas op te slaan in de bergingen.

Conclusie

Zowel aan de vraag- als aanbodzijde heeft de gasmarkt dus slechts beperkte ‘wiebelruimte’ om effectief om te gaan met tekorten en overschotten. De huidige Europese gasprijzen liggen momenteel net boven de Amerikaanse LNG-kostprijsniveaus (zowel vast als variabel). Dit beperkt het neerwaartse prijspotentieel. De huidige marktsituatie is vrij gezond en het ziet ernaar uit dat we deze zomer zonder problemen de bergingen weer kunnen vullen. Het wordt echter onzekerder naarmate we dichter bij het volgende stookseizoen komen.

Foto Chris-1