Comfortabel, gezond én energiezuinig dankzij duurzaam beheer en onderhoud
“Energie besparen is natuurlijk mooi, heel mooi zelfs. Maar het belangrijkste is dat onze meer dan honderd huurders kunnen werken in een gezonde en comfortabele omgeving. Om dit te kunnen blijven faciliteren is Schiphol Real Estate in 2014 op zoek gegaan naar een duurzame onderhoudspartner voor de technische installaties in WTC Schiphol Airport. De keuze viel uiteindelijk op ENGIE.”
Aan het woord is Arie Kraaijenoord, technisch manager WTC Schiphol Airport, én, zoals hij zelf zegt, ‘promotor’ van het Duurzaam Beheer & Onderhoudscontract (DB&O). Het DB&O-contract is volgens hem namelijk dé manier om de belangrijkste wensen van een gebouweigenaar en -beheerder voor de langere termijn te realiseren: energie besparen mét behoud van tevreden huurders en gebruikers.


Gouden bergen
“Iedereen belooft gouden bergen als het gaat om energiebesparing en de kosten die daarmee bespaard kunnen worden. Maar ENGIE was de enige die we hierop ook daadwerkelijk mochten afrekenen. Dat sprak ons aan in het prestatiecontract dat ENGIE voorstelde.”, aldus Arie Kraaijenoord, technisch manager WTC Schiphol.
Waarom ENGIE?
In 2014 koos Schiphol Real Estate voor het duurzaam onderhoud en beheer van de technische installaties in WTC Schiphol Airport, met behulp van een tender, voor een samenwerking met ENGIE. ENGIE was op dat moment al sinds 2011 verantwoordelijk voor het onderhoud van de installaties in het WTC. Maar ondanks die lopende samenwerking was het volgens Kraaijenoord nog geen uitgemaakte zaak.
“De tender is, zoals voorgeschreven doorlopen, en de keuze is opnieuw op ENGIE gevallen.” “ENGIE was als enige bereid om op basis van duurzaam beheer & onderhoud een risicodragend contract aan te gaan”, onderbouwt de technisch manager van het WTC de uiteindelijke keuze. “Iedereen belooft gouden bergen als het gaat om energiebesparing en de kosten die daarmee bespaard kunnen worden. Maar ENGIE was de enige die we hierop ook daadwerkelijk mochten afrekenen. Dat sprak ons aan in het prestatiecontract dat ENGIE voorstelde.”
